Over feiten en fabels en alles wat daar tussenzit

Een klimaatwetenschapper stelt dat de aarde opwarmt door toedoen van de mens. Een klimaatscepticus betwijfelt of de mens verantwoordelijk is voor de klimaatverandering. Beiden stellen zich op feiten en wetenschappelijk onderzoek te baseren. Wie heeft er gelijk?
Een feit en de interpretatie van een feit zijn twee verschillende dingen
Dat hangt ervan af welke interpretatie je wilt volgen. Feit is dat het klimaat verandert. Dit feit van klimaatverandering is objectief waarneembaar: wij kunnen zelf waarnemen, onderzoeken en verifiëren dat de aarde opwarmt en dat dit consequenties heeft voor ons allemaal. Een ander objectief waarneembaar feit is dat de hoeveelheid koolstofdioxide (CO2) in de atmosfeer sinds de industriële revolutie explosief is toegenomen.
Omdat de mens sinds de industriële revolutie op grote schaal fossiele brandstoffen is gaan verbranden, wijst de gemiddelde klimaatwetenschapper de mens aan als belangrijkste oorzaak van de toegenomen CO2 uitstoot, dat volgens hen weer verantwoordelijk is voor de klimaatverandering.
Een klimaatscepticus vecht deze gevolgtrekking aan door erop te wijzen dat de wereld 4 miljard jaar oud is en het klimaat altijd al veranderde, ook voordat de mens de aarde bevolkte. Dat grote bosbranden en vulkaanuitbarstingen ook jaarlijks voor tonnen CO2 uitstoot zorgen en dat CO2 niet de enige factor is voor klimaatverandering. En ook dit kan allemaal feitelijk vastgesteld worden: in Nederland hebben we in het verleden zowel ijstijden als een subtropisch klimaat gekend; de Sahara was vroeger een zee. Grote bosbranden leiden elk jaar tot duizenden zo niet miljoenen tonnen CO2 uitstoot, vulkaanuitbarstingen nog niet meegeteld. En inderdaad, naast CO2 zijn waterdamp en methaan ook belangrijke broeikasgassen.
Echter, ondanks deze feiten kan een klimaatscepticus nog steeds niet uitsluiten dat de mens met zijn CO2 uitstoot medeverantwoordelijk is voor de huidige klimaatverandering, net zomin een klimaatwetenschapper kan uitsluiten dat andere oorzaken ook een bijdrage leveren aan de klimaatverandering. Feiten kunnen namelijk prima naast elkaar bestaan. Het verschil zit in het belang dat aan de feiten wordt gehecht en de interpretatie of een feit een oorzaak of een gevolg is. Daarmee heeft de ander nog steeds geen ongelijk.
Feiten zijn objectief waarneembaar, gelijk en ongelijk zijn menselijke opvattingen
Wat er gebeurt als we feiten gaan generaliseren
Feiten zijn objectief waarneembaar en verifieerbaar. Als er regendruppels uit de lucht vallen, dan kan ik feitelijk vaststellen dat het regent. Ik heb dit persoonlijk waargenomen. Een valkuil waar we tegenwoordig massaal intrappen is dat we onze persoonlijke waarneming als de regel beschouwen en niet meer als de uitzondering: ik neem waar dat het regent, dus het regent overal. We generaliseren. Een beter recept voor polarisatie is er niet: we nemen waar dat mensen met een Marokkaanse achtergrond na autochtone Nederlanders het sterkst zijn vertegenwoordigd in de misdaadstatistieken, dus alle Marokkanen zijn crimineel. We nemen waar dat een aantal demonstranten tegen de corona-maatregelen er alternatieve theorieën op na houden, dus iedereen die demonstreert tegen de corona-maatregelen is een antivaxxer of complotdenker.[1] Ben je kritisch op de ingestelde coronamaatregelen, dan ben je wappie. Voel je je niet gehoord in het huidige politieke bewind, dan ben je een populist. En als je zwarte piet niet kan loslaten, dan ben je zeker een racist. Door alles en iedereen een etiket te geven en in een hokje te duwen, maken we het onszelf gemakkelijk. We kunnen ons leven leiden in de blinde overtuiging dat we gelijk hebben. Alles wat ons gelijk ondermijnt, wordt onderdrukt door het in een hokje te stoppen. We hoeven dan ook niet meer te luisteren naar wat de ander feitelijk zegt. Die inhoud gaat verloren.
Feiten zijn verifieerbaar: we kunnen zelf waarnemen dat iets zo is. Maar wat voor de een zo is, hoeft voor de ander niet zo te zijn. Juist door feiten te generaliseren, gaat de feitelijke inhoud verloren.
Meningen en overtuigingen zijn geen feiten
Een feit wordt ook wel omschreven als een gebeurtenis waarvan de werkelijkheid vaststaat. Een gelovige zal het bestaan van God als feit beschouwen. Een atheïst zal daarentegen het niet-bestaan van God als feit beschouwen. Feit is dat zowel het bestaan als het niet-bestaan van God niet objectief waarneembaar of verifieerbaar is. Het wel of niet geloven in het bestaan van God is daarom eerder een zaak van persoonlijke overtuiging. Die persoonlijke overtuigingen zien we vandaag de dag ook veel terug in de media, alleen worden ze daar als nieuwsfeit gepresenteerd. Journalisten trekken er bij elk ‘hot topic’ massaal op uit om mensen te bevragen wat zij van een bepaald onderwerp vinden of hoe zij ergens mee omgaan. Ook hebben columnisten en opiniemakers een prominente plaats in het traditionele medialandschap gekregen. Veelal hebben deze columnisten of opiniemakers zich in hun carrière op een bepaald vlak verdienstelijk gemaakt. Zij zijn schrijver, hoogleraar, wetenschapper, cabaretier of lid van een bepaalde denktank. Zelden echter gaat de inhoud van hun rubriek over het onderwerp waar zij kennis van hebben. Zij schrijven vooral over hoe zij over een bepaald onderwerp denken, wat er volgens hen wel of niet goed gaat of hoe het volgens hen anders zou moeten. Dat zijn geen feiten, dat is een mening voortvloeiend uit een persoonlijke overtuiging. Met een mening kan je het eens of oneens zijn. Iedereen heeft een mening. Daar is niets nieuws aan.
Een mening kan je baseren op een feit, maar een feit kan je niet baseren op een mening
Feiten zijn een momentopname
Feiten zijn ook onderhevig aan het moment. Dat iets NU zo is, betekent niet dat het morgen nog steeds zo is. Omstandigheden kunnen het waargenomen feit veranderen. Roken is daar een goed voorbeeld van. Toen Europeanen in de 15e eeuw in aanraking kwamen met de tabaksplant, dachten zij aanvankelijk dat tabak gezond was en werd het veel gebruikt als geneesmiddel. Tot in de jaren ’60 / ’70 van de vorige eeuw geloofde men niet dat roken schadelijk was, totdat er in wetenschappelijk onderzoek een relatie werd gelegd tussen het roken van sigaretten en het ontstaan van velerlei ziekten zoals longkanker, COPD en hart- en vaatziekten. Vandaag de dag weet iedereen dat roken schadelijk is en is het op veel plaatsen verboden te roken. Nieuwe kennis heeft het waargenomen feit veranderd. Feiten zijn dus altijd een momentopname en geen absolute waarheid. Het zijn specifieke waarnemingen, op een specifiek moment onder specifieke omstandigheden.
Feiten zijn onderhevig aan tijd: wat vandaag zo is, hoeft morgen niet zo te zijn
Het verschil tussen feiten en fabels
En dan hebben we nog de fabels. Van oudsher zijn fabels korte moraliserende verhalen waarin dieren menselijke handelingen naspelen en daarmee een levensles proberen over te brengen. Vandaag de dag wordt de term fabel merendeels gebruikt om een ‘onwaarheid’ mee aan te duiden. Een andere term voor fabels is fake news. Social media worden er veel van beschuldigd een platform te bieden voor fake news. Recente voorbeelden zijn de stelling dat de wereld wordt geregeerd door een elite die zich inlaat met kinderporno of dat Bill Gates met zijn foundation verantwoordelijk is voor het ontstaan van de Corona-crisis. Over het algemeen zijn deze beweringen redelijk makkelijk te weerleggen omdat deze niet met feiten gestaafd kunnen worden en vooral zijn opgebouwd uit suggesties en insinuaties.
Wie denkt dat fake news alleen op social media worden rondgestrooid komt bedrogen uit. Ook in de traditionele media worden regelmatig ‘nieuwsitems’ gepubliceerd zonder feitelijke onderbouwing, maar waarin de inhoud wordt gestaafd met suggestieve beweringen en insinuaties. Bijvoorbeeld, op 22 oktober 2020 publiceert NRC een artikel met de kop: ‘is de “aanslag” op kunst het werk van complotdenkers?’ Wat blijkt, in enkele musea in Berlijn zijn een aantal kunstwerken met een vloeistof bespoten en beschadigd. Over de toedracht, het motief en de dader is niets bekend. De politie verricht namelijk nog onderzoek. Het weerhoudt de Duitse media niet om alvast te speculeren over de dader, deze met naam en toenaam aan te wijzen en daarbij te vermelden dat door hun aangewezen dader een extreem-rechtse complotdenker en corona-demonstrant is die al meerdere malen wegens antisemitische leuzen is gearresteerd. Het NRC neemt deze berichtgeving “rücksichtslos” over. Door verbanden te leggen tussen een feit (de vernieling van kunstobjecten) en een op zichzelf staande gebeurtenis (een demonstrant tegen corona-maatregelen is meerdere keren opgepakt voor het uiten van antisemitische leuzen) wordt zonder feitelijke onderbouwing gesuggereerd dat het een iets met het ander te maken zou hebben. Dat kan, maar het kan ook net zo goed niet. Door dit soort verbanden als nieuwsfeit te presenteren, ook al is het in de vorm van een vraag, wordt de indruk gewekt dat deze verbanden bestaan ook al is daar geen enkel bewijs voor geleverd. Dat zijn geen feiten, dat is fake news.
Een fabel of ‘fake news’ kan je redelijk snel herkennen aan het gebrek aan feiten
Een fabel vaak herhalen maakt het nog steeds geen feit
Een fabel heel vaak herhalen maakt het nog steeds geen feit. Het wordt alleen wel makkelijker om de fabel te geloven en erin mee te gaan. Herhaling, wijzen op onvolkomenheden en het aandragen van alternatieve theorieën, zijn de succesfactoren van menig samenzweringstheorie. De verspreider van zo’n theorie maakt gebruik van hiaten in informatie en geeft een eigen invulling aan zaken die volgens hem of haar niet feitelijk verklaard kunnen worden. En zo ontstaan hele bewegingen van mensen die geloven dat Amerika buitenaardse wezens in Area 51 vasthoudt, de aarde plat is en de wereld wordt geleid door een netwerk van pedofielen. Vaak begint een samenspanningstheorie met een aanname die niet direct feitelijk uitgesloten kan worden. Een buitenstaander kan niet zomaar bij Area 51 naar binnen stappen om zelf vast te stellen of er buitenaardse wezens vastgehouden worden. We kunnen niet allemaal de ruimte in om de aarde van buitenaf te bekijken. Ook hebben we geen inzicht in wat zich in de slaapkamer van de ander afspeelt. Om de aanname dan toch aannemelijk te maken, worden persoonlijke waarnemingen toegevoegd: ‘mensen zagen vreemde objecten in de buurt van Area 51 vliegen’ of ‘van getuigen is het geheugen gewist door een geheim programma van de CIA.’ Ook deze waarnemingen kunnen wellicht niet direct feitelijk ontkracht worden, maar ze worden ook niet feitelijk bekrachtigd. En daar zit het verschil tussen een feit en een fabel. Een feit is meetbaar, waarneembaar en verifieerbaar, een specifieke werkelijkheid op een specifiek moment. Een fabel is dat nooit. Fabels kan je alleen maar geloven.
Fabels kan je alleen maar geloven
[1] Exemplarisch is de reportage van het NRC van 18 januari 2021 over de protestactie tegen de coronamaatregelen de dag daarvoor getiteld: ‘MKB-ers, antivaxxers en complotdenkers’.